Er komt een jongen de zaak binnen. Hij loopt gewichtig, hij heeft een opdracht.
Hij geeft me een briefje met daarop de geschreven mededeling dat hij van zijn baas een paar schoenen mag uitkiezen en mag meenemen. Ik glimlach. De jongen hoort bij een bakkerij waar vooral mensen werken met een verstandelijke beperking. Ze zijn vaak zo vrolijk en hebben zoveel plezier in hun leven en werk dat wij daar soms nog wat van kunnen leren.
Deze jongeman moet schoenen hebben en dat is voor hem een heel ding. Ik vraag wat voor maat hij denkt te hebben. Hij kijkt me bedenkelijk aan. Antwoordt niet maar loopt gelijk de zaak weer uit. Ik wacht. Hij komt terug met een enorme dikke doorzichtige grote zak waar zelfs een lichaam van CSI in zou passen, maar waar zijn oude schoenen inzitten. Alleen de schoenen die daar inzitten hebben we niet meer. Die zijn niet meer leverbaar. Oei. Ik zie zijn gezicht betrekken. Ik stel hem gerust. Komt vast goed.
Ik pak nieuwe schoenen die er op lijken in de zelfde maat en hij trekt ze aan. Knikt. Ja goed. Klaar. Hoho…..Dat is te snel. Op mijn hurken maak ik zijn veters goed dicht en laat hem een rondje lopen. Ik zie zijn gezicht betrekken. Toch niet helemaal. Ik vraag waar hij zijn tenen denkt te voelen. Altijd lastig met veiligheidsschoenen. De paniek slaat een beetje toe. Ik pak voor de zekerheid een maat groter. Blij kijkt hij op. Die zitten goed. Als hij opnieuw een rondje loopt, is hij helemaal blij dat ze nu echt goed zijn en roept al wandelend….Man man....wat zitten ze goed….. Hij juicht bijna van blijdschap.
Ik denk meteen terug aan de het meisje dat vorige week bij de bakkerij, ook zo’n zonnestraaltje, kadetjes en een cake moest halen. Briefje mee. Moeizaam spellend wat er stond moest ze zelf voor in de winkel de kadetjes pakken. Die lagen in een mand, maar een lastige taak want er lagen twee soorten in de mand. Een zakje met zes, en een zakje met acht. Oei. We stonden met zes klanten te wachten en o wat mooi dat niemand dan gaat lopen jakkeren maar iedereen begrijpt dat dit een Belangrijke Taak is en dat dit tijd kost. Iedereen wacht geduldig. Glimlacht. Helpt. Maar laat wel het meisje dat zoekt in de bak zelf bepalen dat dit het goede zakje is. Dan nog betalen. 3.50. Vijftig cent op de balie is niet voldoende. Het meisje achter de kassa blijft ook zo lief, nee er moet nog meer bij komen .Ja, nog een centje. En nog een centje. En nadat er muntje voor muntje 7 muntjes van vijftig cent op de balie liggen moeten de broodjes nog in een tasje dat niet mee wil werken. Ik schiet te hulp en hou het tasje open. Blij kijkt ze naar me op en wenst iedereen een fijne dag als ze de zaak uit huppelt.
Inmiddels heeft mijn stoere blije klant zijn schoenen achter op zijn fiets gehesen en komt zijn oude schoenen halen. Hij moet drie keer naar binnen en naar buiten om al zijn spullen te kunnen mee nemen. Hij glundert van blijdschap. Ineens betrekt zijn gezicht. Hij mag de schoenen toch wel mee nemen want hij heeft geen geld mee. Paniek. Ik laat het gele briefje zien dat hij me tien minuten geleden zelf heeft laten zien en lees hardop voor wat er staat. O ja. Opluchting over zijn ronde gezicht. Hij kan vertrekken. We krijgen nog een zwaai en een groet en weg is hij, balancerend met twee paar schoenen op zijn bagagedrager om de rest van de wereld een beetje blijer te maken.
Reactie plaatsen
Reacties