Schrijfopdracht Elibro: tekst ‘doe vandaag iets waar je blij van wordt’
Dat is een eitje want ik word van heel veel dingen blij. Maar in het kader van de vorige opdracht tijdens deze schrijfcursus die me ook al bij eten bracht, eten en eten maken zoemde ik zo maar terug naar heel lang geleden, ons eerste bezoek aan Thailand. Fictie en feiten lopen totaal door elkaar en ik zie het allemaal voor me. Ik hoop dat ik een beeld schep voor jullie. Veel plezier met dit korte verhaaltje….
Ik had al last van mijn rug maar het wordt er niet veel beter om na het dragen van de zware boodschappen die we, allemaal een tas, moesten mee slepen. Het hoorde erbij, onderdeel van de kookcursus waar ik zo veel zin in had toen we ons in een impuls opgaven, maar waar ik vanmorgen, toen de wekker achterlijk vroeg afging, een klein beetje spijt van had. We konden nog niet ontbijten, zo vroeg was het en we stonden met slaperige ogen te wachten met een klein groepje terwijl de vogels hun lied zongen voor we in een busje werden gehesen en een hobbelige rit van dik een uur mochten ondergaan.
Mijn lijf doet pijn, ik slaap hier verschrikkelijk. Het zijn hier overwegend dunne matrassen waar mijn luxe lijf niet op is ingesteld. Niet alleen de matrassen zijn dun, de muren zijn ook dun. Ik hoor alles. Elk geluid, wat in mijn hoofd niet normaal lijkt te zijn, filter ik eruit, ik weet precies hoe gezellig de buren boven ons het hebben en ik wil het niet weten.
Paul hoort niets. Stoïcijns als altijd slaapt hij door alles heen en ik, ik prop na vier uur vruchteloos draaien en keren en nog maar weer eens een slokje water te halen in de hoop dat dat helpt, uiteindelijk toch mijn oordopjes in mijn oren, krijg vervolgens daar weer pijn van in mijn oor schelpjes en durf bovenal nog steeds niet te gaan slapen uit angst dat ik dan de wekker niet hoor.
Hoe dan ook, op onze nuchtere magen gingen we met 8 man boodschappen doen op de markt voor onze kookcursus. Het rook op de groenten en kruiden markt nog wel lekker. Die kleuren overal, het is prachtig. Zeker die pepertjes, het ziet er fantastisch uit, leuk voor insta of Facebook om de achterblijvers het idee te geven dat we een fantastische vakantie hebben, maar ik heb er al te veel van geproefd. Thais eten in Nederland, of Thais eten in Thailand, het is een wereld van verschil en ik weet niet of ze nu alleen maar heftigere pepers gebruiken of dat ze er hoeveelheden in kilo’s in gooien. Feit is dat de wc pot en ik een paar dagen dikke vrienden zijn geweest, ik heb innige omhelzingen met hem gehad en weet nu ook dat er achter de afvoer van de wc huisdieren zitten met pootjes en een zwart gepantserd harnas op hun lijf. Ik begrijp nu ook waarom je wordt aangeraden je schoenen op zijn kop neer te zetten.
Natuurlijk heeft Paul ook hier geen last van. Ik zwelg in zelfmedelijden maar lijd vooral in stilte. Hij geniet. Volop. Dus ik weiger te klagen, prop ik er nog maar eens een handvol Norit in, poets mijn tanden extra omdat ik anders echt een heks lijk die zwarte tanden laat zien als ze lacht en ploeter door. Nog maar twee weken en dan is deze hel voorbij.
We zijn met 8 man, waarvan 6 uit onze reis. Iedereen draagt wat. Ook Erik Engerd met zijn grijpgrage tengels die het elke keer zo uitkient dat hij achter me staat als we ergens in moeten stappen zodat hij heel toevallig met de tentakels van hem, die twee meter lang lijken te zijn, langs mijn billen of borsten kan strijken. Ik had gister niet begrepen dat hij mee zou gaan, we zouden met vier vanuit onze groep gaan, hij dus niet, maar toen wij beneden kwamen en ons bij de foyer melden bij de vrolijke dame die al stond te wachten zakte de moed nog verder in mijn schoenen toen ik dat triomfantelijke hoofd van hem zag. Ik begreep pas toen we in de bus zaten dat als hij niet mee was gegaan, de hele cursus niet door was gegaan. Ik weet niet wat beter is, deze kook cursus of lekker dom Netflixen op een redelijk veilige hotelkamer.
Hij vindt zichzelf fantastisch en het is een griebel. Hij is ook degene die zich opwierp om onze kleine elegante prachtige lieve Thaise gids -waarom zijn die Thaise vrouwen zo mooi, zo elegant, zo gracieus ten opzichte van mijn lompe witte lijf die alles om ver lijkt te gooien wat ik ook doe- te helpen met het vlees te verdelen. Over die vleesmarkt ga ik nog lang dromen. Ik heb er dingen gezien en geroken die ik niet had willen zien of ruiken. Laat het ik het samenvatten, ze gebruiken hier alles, ze verspillen niets. Dat het daarna nog uren pruttelend in de zon blijft liggen totdat een gek het gaat kopen geeft een associatie van een vuilnisbak weer die een week in de zon heeft gestaan met de restanten van je vriezer die je leeg hebt gehaald maar vergeten was te vullen. Dat dus.
Maar goed, we zijn hier en we gaan starten, eindelijk.
We rollen deeg uit. Roerbakken de groenten en rollen deeg alsof we nooit iets anders doen. Fruiten de knoflook, leggen de madame Jeanettes en de Carolina peppers weg omdat die alleen waren mee genomen om het verschil te laten zien in pepers en hele hete pepers en dan maken we eindelijk onze eerste gerecht.
Spring rolls. Ik hou van Springrolls, misschien is negen uur in de ochtend iets te vroeg voor springrolls maar he, wat maakt het uit.
Erik Engerd staat achter me en duwt weer per ongeluk tegen me aan. Ik kijk boos opzij en zie dat hij, alsof er niets is gebeurd een deegflapje omrolt en bijna dichtmaakt. Hij bedenkt zich, laat het flapje open en loopt naar de tafel waar andere ingrediënten liggen die ook gebruikt mogen worden.
Ik bedenk me geen moment, pak vliegensvlug een heel mooi rood vruchtje die de heetste schijnt te zijn onder de pepers, maak er hele fijne kleine ringetjes van, vouw de flapjes razendsnel terug zoals het lag en snij rustig door als Erik Engerd weer terug komt lopen met een bosuitje in zijn hand. Hij glimlacht naar me. Ik glimlach terug. Ik voel het wondje dat in mijn vinger zit branden door het contact met het pepertje.
Straks goed mijn handen wassen.
I
Reactie plaatsen
Reacties